Deze website informeert over de terugkeer van Joden en Efraimieten naar Israël

Efraim komt thuis


In 2007 ontmoette ik David bij de Jaffa-Gate.
Hij had van twee stukken hout (wandelstokken) en een schaakbord een harp gemaakt. Zo werden deze twee stukken hout één in een mensenhand. Ik wist toen nog niets van Ezechiel 37 16-21..


Door de titels aan te klikken opent u de verschillende studies

De Visie en inhoud v/d site.

U vind op deze site het verhaal over de twee huizen Juda en Efraim.

In de volksmond ook wel "Israel en de kerk"genoemd.

Daarmee verbonden informatie over de voortgang in de éénwording van de twee.

De Bijbelse geschiedenis belicht en toegelicht aan de hand van geopenbaarde Bijbelse verhalen waarin de verborgenheden over de twee, hun geschiedenis het heden en de toekomst voorzegt zijn.

Daarnaast leest u over de visie: het zichtbaar maken van Gods Koninkrijk in de wereld.

Dit is Hij,God Zelf aan het doen door het herstel van Israël, waar Hij eerst het huis van Juda en daarna het huis van Efraim terugbrengt, Hij maakt de twee tot één nieuwe mens. Efeze 2.14 Hsv.

De bijbeltekst zegt: Want Hij is onze vrede, Die beiden één gemaakt heeft. En door de tussenmuur, die scheiding maakte, af te breken. Aan de éénheid zullen wij herkend worden.We zien die éénheid groeien tussen christenenen en Joden, we zien geen ander volk dan de christenheid zich uitstrekken naar Israel. Zouden de tien verloren gewaande stammen van Israel dan echt in de kerk terecht gekomen zijn? De bijbel geeft veel informatie hierover,net als de actualiteit. Wij mogen deze boodschap onder christenen en Joden bekendmaken en doen dat in Nederland en Israel.

In de Bijbelse verhalen zelf,of liever in de uitleg mbt Juda / Efraim vind u meer informatie over:

Wie en wat is Efraim, hoe kan ik weten een efraimiet te zijn, in welke fase zijn we m.b.t. de tekst uit Ezechiel 37,15-21 het éénworden van Juda en Efraim?

Omdat er al langere tijd verschillende mensen met de verspreiding van deze kennis bezig zijn plaatsen we hier op de startpagina van elk van hun een bijbelstudie. Als u op deze startpagina de verschillende titels aanklikt openen de stukken vanzelf.

Op de nieuwsblog leest u over de voortgang van het Efraim huis in Jeruzalem,de ontwikkelingen in de groei van het werk en over de mensen die hierbij betrokken zijn. Er zijn zowel in Nederland als in Israel nog meer mensen nodig bij dit werk. De Heer Zelf zal ook daarin voorzien zo weten wij.

Mocht dit alles u aanspreken, spreekt u dan aub ook met de Vader over de broers en zusters die dit alles nog niet begrijpen en of weten?

Neemt u gerust contact met ons op als u vragen heeft, daar zijn we voor.

We hebben niet alle antwoorden,maar willen er graag met u samen naar zoeken.

 

Veel Zegen, Henk Vermeule.

 
 
 
 
 
 
 

 

 
 
                   
 
 
 
 
 

 

Nieuwe lijst

De lijst is leeg.

Wim Jonkman's studie over Juda en Efraim

27-12-2015 13:42

Wims verhaal is weer anders,kent een inzicht vanaf een andere kant en verbreed onze kennis op het gebied van onze afkomst en toekomst..Zijn website: www.wimjongman.nl/Bijbelstudie/Bijbelstudie/Juda.html

 

Twee volken

Inleiding

 


Door een strijdvraag tussen Messiaanse joden over wie Efraïm is en wie Juda, of in feite wat het echte Israël is, daardoor, is mijn belangstelling voor de bijbelgedeelten over Efraïm dermate toegenomen dat ik er een bijbelstudie over heb gemaakt.
Onder de Juda/Israël heerst de angst dat dit een nieuwe kans voor de kerk is om het plaatsvervangend denken weer vaste voet te geven. Dat is ook geen wonder omdat na een aanvankelijke daling in deze leer (toen de staat Israël werd opgericht), er de laatste 15 jaar een scherpe kanteling ten aanzien van de leer is over het Koninkrijk van G’d. Er zijn zelfs lezingen van evang. christenen die zeggen dat Yeshua helemaal niet meer terug komt omdat in het jaar 70 zijn koninkrijk al is gekomen.
Bekering is een belangrijk onderdeel van het Christendom, evenals voor de Islam. Ook voor het Judaïsme is bekering belangrijk ook al hebben ze geen aktieve rol in de uitbreiding van hun geloof.
Sinds in het Midden-Oosten veel mensen gedwongen zijn geweest om zich te bekeren, daar zullen ook veel Israëlieten bij zijn geweest die zich moesten bekeren. Als ze nu mochten kiezen ze dan waarschijnlijk Christen of Judaïst zouden zijn.
We weten dat YHVH niet de persoon aanziet en Hij de hand heeft in al die migratie en vermenging van volken die in het verleden over de hele wereld en door het heilige land zijn getrokken. Veel van die mensen zijn als “takken” geënt op de stam en wortel en die in de “volheid van heidenen”, zullen binnen gaan.
Want wie is de wortel en stam waarop wij worden geënt? Dat is onze verlosser Yeshua en geen ander. Hoe noemen we die mensen, wat is hun natie of naam? We noemen ze met de naam van Gemeente of “Lichaam van Christus.”

Vandaag de dag zijn er veel mensen in het Midden-Oosten die tegenstanders zijn van Yeshua en vijanden van het Evangelie. Hoe zullen deze mensen roepen om de Messiach als ze niet van Hem weten of horen. We moeten onze Judese broeders vertellen van Hem, die ook hun Redder wil zijn.
Er zijn veel christenen met een hart voor Israël die in hun zoeken naar de wortels proberen aansluiting te zoeken bij de natie van Israël en zo op die manier te behoren tot het volk van Israël.
Of men sluit zich aan bij de Messiaanse Judaïsten.
Ze zoeken die identiteit dan op de verkeerde plaats. Zo krijgt men een tweederangs status. Dit is een verschrikkelijke moeilijke positie, als men de gedachte heeft dat Joods altijd beter is.
Wij horen bij een andere tak van Israël, een tak die ook de tien stammen omvat, die zich immers onder de volken bevinden en hun bondgenoten die door de genade mochten schuilen bij Yeshua en zo eeuwig leven verwerven. Een spec. groep van voor de grondlegging der wereld gekozen is om altijd bij Christus te zijn. Op die manier zijn ook weer de tien stammen “Kinderen van G’d” geworden. Hoe anders zouden de twee stammen weer één volk kunnen zijn?
Moeten de tien stammen noch tot bekering komen? Wanneer dan? In de eindtijd of daarna in het duizend jarig rijk. Dat is de vraag die men zich stellen moet wat is de tijd dat de profetie van Ezechiël in vervulling zal gaan? Deze belofte is al bezig om in vervulling te gaan.

In de volgende delen gaan we diverse schriftgedeelten na om te zien wat de bijbel hierover zegt.

Ook als we naar enige gelijkenissen kijken van de Heer dan zien we dat er verschillende gelijkenissen zijn die gaan over twee broers. We willen nagaan in deze studie of dit een diepere betekenis heeft, want de gelijkenissen zijn niet zomaar verhalen er zitten altijd meerdere lagen en ze hebben meer betekenissen dan die we op het eerste gezicht zien.

Twee volken


 

Beloften.

 


Eerst de profetie van Jakob over zijn zonen.

Gen.49:1-27 En Jakob ontbood zijn zonen en zeide: Komt bijeen, opdat ik u bekend make, wat u in toekomende dagen wedervaren zal.
2 Verzamelt u en luistert, gij zonen van Jakob, luistert naar Israël, uw vader.
3 Ruben, mijn eerstgeborene zijt gij, mijn sterkte en de eersteling mijner kracht, de voornaamste in hoogheid, de voornaamste in vermogen.
4 Gij, die opbruist als water, gij zult de voornaamste niet zijn, omdat gij uws vaders bed beklommen hebt; toen hebt gij het ontwijd. Hij heeft mijn legerstede beklommen.
5 Simeon en Levi zijn broeders; hun gereedschappen zijn werktuigen van geweld.
6 Mijn ziel hebbe geen deel aan hun beraadslaging, mijn geest sluite zich niet aan bij hun vergadering, want in hun toorn hebben zij mannen gedood en in hun moedwil hebben zij runderen de pezen doorgesneden.
7 Vervloekt zij hun toorn, want die is hevig, en hun grimmigheid, want die is hard. Ik zal hen verdelen onder Jakob en verstrooien onder Israël.
8 Juda, u zullen uw broeders loven, uw hand zal zijn op de nek uwer vijanden, voor u zullen uws vaders zonen zich neerbuigen.
9 Een leeuwewelp is Juda; na de roof zijt gij omhoog geklommen, mijn zoon; hij kromt zich, legt zich neder als een leeuw of als een leeuwin; wie durft hem opjagen?
10 De scepter zal van Juda niet wijken, noch de heersersstaf tussen zijn voeten, totdat Silo komt, en hem zullen de volken gehoorzaam zijn.
11 Hij zal zijn ezel aan de wijnstok binden en het jong zijner ezelin aan de wingerd; hij zal zijn kleed in wijn wassen en in druivebloed zijn gewaad. 
12 Hij zal donkerder van ogen zijn dan wijn en witter van tanden dan melk.
13 Zebulon zal wonen aan het strand der wijde zee, ja, hij zal wonen aan het strand bij de schepen, en zijn zijde zal naar Sidon gekeerd zijn.
14 Issakar is een bonkige ezel, die tussen de stallingen ligt;
15 Als hij ziet, dat de rust goed is, en dat het land liefelijk is, buigt hij zijn schouder om te torsen en leent zich tot slaafse herendienst.
16 Dan zal zijn volk richten als een der stammen Israëls.
17 Moge Dan een slang op de weg zijn, een hoornslang op het pad, die in de hielen van het paard bijt, zodat zijn berijder achterover valt. 18 Op uw heil wacht ik, o Here.
19 Gad, een bende zal hem belagen, maar hij zal hun hielen belagen.
20 Aser, zijn spijze zal vet zijn, en hij zal koninklijke lekkernijen leveren.
21 Naftali is een losgelaten hinde; hij laat schone woorden horen.
22 Een jonge vruchtboom is Jozef, een jonge vruchtboom aan een bron; zijn takken stijgen boven de muur uit;
23 De boogschutters hebben hem getergd, beschoten en vijandig bejegend,
24 Maar zijn boog bleef stevig en zijn sterke handen bleven lenig, door de handen van de Machtige Jakobs, daar de Steenrots Israëls zijn herder is;
25 Door de G’d; uws vaders, die u zal helpen, en de Almachtige, die u zal zegenen met zegeningen des hemels van boven, met zegeningen van de watervloed die beneden ligt, met zegeningen van de borsten en de moederschoot.
26 De zegeningen van uw vader gaan de zegeningen van mijn voorvaderen te boven, reikende tot het kostelijkste der eeuwige heuvelen; zij zullen komen op het hoofd van Jozef, op de schedel van de uitverkorene onder zijn broeders.
27 Benjamin is een verscheurende wolf; in de morgen verslindt hij zijn prooi en tegen de avond verdeelt hij de buit.
 NBG

Vervolgens de profetie van Mozes over de stammen.

Deut. 33:6-25: Ruben leve, en sterve niet, maar laten zijn mannen te tellen blijven.
7 En dit betreft Juda. Hij zeide: Hoor, Here, de stem van Juda en breng hem tot zijn volk; zijn handen strijden voor hem, en wees Gij hem een hulp tegen zijn tegenstanders.
8 Van Levi zeide hij: Uw Tummim en Urim behoren de man toe, die uw gunstgenoot is, die Gij bij Massa op de proef gesteld hebt, met wie Gij getwist hebt bij de wateren van Meriba;
9 Die van zijn vader en zijn moeder zeide: ik zie hen niet; zijn broeders wilde hij niet kennen en van zijn kinderen wilde hij niet weten. Want zij onderhouden uw woord en bewaren uw verbond;
10 Zij onderwijzen Jakob uw verordeningen, Israël uw wet; zij doen reukwerk in uw neus opstijgen en leggen het brandoffer op uw altaar.
11 Zegen, Here, zijn kracht en zie het werk zijner handen met welgevallen aan. Verpletter de lendenen van zijn tegenstanders en van wie hem haten, zodat zij niet meer kunnen opstaan.
12 Van Benjamin zeide hij: De beminde des Heren, die veilig bij Hem wonen zal. Hij beschermt hem te allen tijde en woont tussen zijn berghellingen.
13 Van Jozef zeide hij: Zijn land zij door de Here gezegend met de kostelijkste gave des hemels, met de dauw, en met de watervloed die beneden ligt;
14 Met de kostelijkste gave, die de zon voortbrengt, en met de kostelijkste gave, die de maan doet uitspruiten;
15 Met het uitnemendste der aloude bergen,
16 En met de kostelijkste gave der eeuwige heuvelen, en met de kostelijkste gave van de aarde en haar volheid; met het welbehagen van Hem, die in de braamstruik tegenwoordig was; dat moge komen op het hoofd van Jozef, op de schedel van de uitverkorene onder zijn broeders.
17 De eersteling zijner runderen is zijn trots en diens horens zijn horens van een woudos; daarmee zal hij de volken stoten, alle einden der aarde. Dit zijn de tienduizenden van Efraïm en dit zijn de duizenden van Manasse.
18 Van Zebulon zeide hij: Verheug u, gij Zebulon, over uw tochten, en gij, Issakar, over uw tenten.
19 Volken zullen zij roepen tot de berg; daar zullen zij offers brengen naar de eis, want zij zullen gezoogd worden met de overvloed der zeeën en met de meest verborgen schatten van het strand.
20 Van Gad zeide hij: Geprezen zij Hij, die voor Gad ruimte maakt; hij legt zich neder als een leeuwin en verbrijzelt de arm, ja, de schedel.
21 Hij voorzag zichzelf van het beste deel, want daar was het deel van de heersersstaf verborgen; hij kwam tot de hoofden van het volk; het heeft de gerechtigheid des Heren en zijn gerichten ten uitvoer gebracht met Israël.
22 En van Dan zeide hij: Dan is een leeuwewelp, die uit Basan te voorschijn springt.
23 En van Naftali zeide hij: Naftali is verzadigd van het welbehagen en vervuld van de zegen des Heren; neem het Meer in bezit en het Zuiden.
24 Van Aser zeide hij: Gezegend zij Aser onder de zonen; hij zij bemind bij zijn broeders, en hij dope zijn voet in olie.
25 IJzer en koper mogen uw grendels zijn, uw sterkte moge zijn als uw levensduur.
NBG

Er zijn profetieën in te vullen, in welke die in het land zijn vervult en welke niet en dus elders vervult. Ruben is een kleine stam gebleven en het eerstgeboorterecht is naar Juda gegaan. Deze stam is verbonden met het koningsrecht. De profetieën van Simon en Levi zijn in het land in vervulling gegaan, ze zijn verspreidt onder het volk. De Simionieten woonden in het hart van het Judese land. De Levieten hadden geen erfdeel in het land.
Uit Juda is het koningshuis gekomen. Ruben, Simeon, Levi en Juda waren de eerste 4 zonen van Lea.

Aser, zijn spijze zal vet zijn en hij zal koninklijke spijzen leveren. Welke drank en keuken is wereldberoemd? De Franse
In het gebied van Aser is nooit olie gevonden deze moet dus nu ergens anders wonen, in een land dat ook ijzererts en kopermijnen heeft, of anders uitgelegd; zo sterk is; dat het niet overwonnen kan worden. De oliehandel is in handen van het westen. De zeven zusters de oliemaatschappijen maken de dienst uit. De oosterse landen proberen dit wel tegen te gaan door hun OPEC organisatie maar ze zijn niet eensgezind.
Gad een verraderlijk volk, maar toch zal hij heersen over een deel van de aarde. Dan en Naftali moeilijk te duiden. Deze laatsten waren alle vier zonen van bijvrouwen. Alhoewel er in Europa diverse namen mat Dan in verband staan Danube(Donau), Dannellen, Danmark.

Jozef, dat is Manasse/Efraïm blijft staande doordat de Machtige Jakobs die zijn herder is. Deze krijgen uitzonderlijk veel zegen. Wie is die herder van de stammen Jozef, de Machtige Jakobs? Dat is onze herder Yeshua.

Wat betekenen b.v. de zegeningen van Jakob aan Zebulon en Issakar; “Zebulon woont aan het zeestrand, hijzelf aan het strand der schepen, en strekt zich tot Sidon uit. ” Genesis 49:13, Lei.
Sidon was een havenstad. En de zegeningen van Mozes Deut.33:18-19 over Zebulon en Issachar. Van Zebulon zeide hij: Verheug u, gij Zebulon, over uw tochten, en gij, Issakar, over uw tenten.
19 Volken zullen zij roepen tot de berg; daar zullen zij offers brengen naar de eis, want zij zullen gezoogd worden met de overvloed der zeeën en met de meest verborgen schatten van het strand.

Hosea 12:9. Maar Efraïm zegt: Waarlijk, ik ben rijk geworden, ik heb mij rijkdom verworven; in al mijn vermogen vindt men bij mij geen ongerechtigheid die zonde zou zijn.
Inderdaad het rijke westen. Rijk aan goederen maar ook rijk aan het evangelie.

Zebulon en Issachar zijn de twee jongste zonen van Lea en woonden in het midden van het land Israël. Deze zegeningen zijn vrij goed aan te wijzen aan welke volken ze toepasbaar zijn. Vanuit welke volken komen de zendelingen die de volken roepen, “tot G’d, tot de Berg? ” De Europeanen met name Engeland en Nederland en ook Duitsland mede via Amerika hebben deze beloften vervult gekregen. Hier is de tweede zendingsgolf begonnen. In Europa zijn de bijbels vertaalt en gedrukt.
Ook zijn ze steenrijk geworden van hun tochten over de oceanen. Engeland en Nederland deze landen waren de heersers over de zee. Ze beroofden Spanje van hun buit. Holland bezat 23 duizend schepen.
West-Europa heeft de Chamitische volken voor zich laten werken. Kolonisatie; “Een knecht der knechten zult gij zijn, ” was de vloek die Noach uitsprak voor Cham. Maar de Semitische volken hebben geen kolonisatie bedreven.

De Saksische volken, de zonen van Sak. De tienduizenden van Efraïm en de duizenden van Manasse, waar zijn ze. Als we de profetieën nalezen weten we gewoon waar sommige stammen zich bevinden in de volken.

Gelijkenissen.

Laten we dan nog eens naar de gelijkenissen kijken die Yeshua vertelde en een betekenis toevoegen. Die van de schat in de akker. Matt. 13:44. Wie is de schat? Efraïm. Wie de koopman? Yeshua!
Yeshua weet dat de schat “Efraïm” verborgen is in de schoot van de volkeren, “de akker” Dan gaat Hij heen, komt naar de aarde en koopt de hele akker/aarde vrij met alles wat hij heeft, “Zijn Leven. ”

Ook de gelijkenis van de verloren zoon heeft een meer en diepere betekenis. Efraïm de jongste zoon van Jozef ging heen met zijn erfdeel, de wereld in en zat op het laatst aan de voederbak van de afgoden. Totaal vervreemd van het geloof van de vaderen.
Dan komt het evangelie naar Europa en kon de zoon terug keren naar de Vader. Deze gaf hem onmiddellijk de “mantel van de profeten” de schoenen aan de voeten om het evangelie te brengen en de ring aan de vinger als gezant van G’d.
Want ook dat weten we vanuit de geschiedenis dat de tweede zendingsgolf vanuit Amerika en Europa is gedaan. Waar Yeshua wordt beleden als Redder en Verlosser daar is de zoon thuis gekomen. Waar de gemeente ook bijeen is, daar mag het feestmaal worden gevierd.

Of de gelijkenis van de twee broers aan wie de vader vraagt of ze willen gaan werken in de wijngaard. In die gelijkenis zegt Yeshua al hoe het gaan zal. De oudste broer Juda heeft wel gezegd dat hij zal gaan werken in de wijngaard, maar hij verwerpt de Redder.
Efraïm de jongste broed weigert om te gaan werken in de wijngaard en krijgt hier later spijt van, gaat dan alsnog werken in de wijngaard.
Hier zien de de gemeente die Yeshua wel aanvaard en gaat werken in de wijngaard.

Lees ook eens Ps 80:1-12 en met het oog op de stammen Efraïm, Manasse en Benjamin. Hier wordt allereerst meerdere stammen genoemd.
In vers 9 gaat het over een wijnstok en zegt Yeshua niet dat Hij de ware wijnstok is waarvan de takken zich uitbreiden van zee tot zee. Dus is Hij ook gekomen voor Efraïm - Manasse en al die andere stammen.

In Deut. 28 dreigt de Here het volk Israël wanneer zij Hem verlaten met straf. Dat is ook gekomen. 28:15-17 Maar indien gij niet luistert naar de stem van de Here, uw G’d, en niet al zijn geboden en inzettingen, die ik u heden opleg, naarstig onderhoudt, dan zullen de volgende vervloekingen alle over u komen en u treffen:
Vervloekt zult gij zijn in de stad en vervloekt op het veld. Vervloekt zullen zijn uw mand en uw baktrog. Vers 21; De Here zal de pest aan u doen kleven, totdat zij u heeft weggevaagd uit het land, dat gij in bezit gaat nemen.De Here zal u slaan met Egyptische zweren, met builen, uitslag en schurft, waarvan gij niet kunt genezen. Vers 35; De Here zal u slaan met boze zweren aan de knieën en aan de dijen, waarvan gij niet kunt genezen; van uw voetzool af tot uw schedel toe.

En de profetie over de wegzending uit het land in de verzen 64-67 van Deut. 28.
De Here zal u verstrooien onder alle natiën van het ene einde der aarde tot het andere; aldaar zult gij andere goden dienen, die noch gij noch uw vaderen gekend hebben: hout en steen.
65 Gij zult onder die volken geen rust vinden noch een rustplaats voor uw voetzool; de Here zal u daar een bevend hart geven, ogen vol heimwee en een kwijnende ziel.
66 Zonder ophouden zal uw leven in gevaar verkeren; des nachts en des daags zult gij opschrikken en van uw leven niet zeker zijn.
67 Des morgens zult gij zeggen: Was het maar avond; en des avonds: Was het maar morgen - vanwege de vrees, die uw hart vervult, en vanwege het schouwspel dat uw ogen zien.

Efraïm is als eerste verstrooid en zijn delen van de straf hun overkomen. Ze zijn verstrooit over de gehele aarde. en ook de ziekte is over hun gekomen. Ze hebben afgoden gediend en in duisternis verkeert. Maar ze hebben wel rust gekend en zijn nooit opgejaagd geweest.
Ze zijn niet zoals Juda opgejaagd geweest, later wel als de ware christenen door de schijngelovigen worden vervolgd, maar men vond dan wel weer een plaats waar ze verder konden leven. De hugenoten b.v. in Nederland of anderen in Amerika.
Ook de ziektes zijn gekomen (die hele volken decimeerden), en hebben in Europa gewoed. De pest en de pokken en ook de cholera waren gevreesde ziekten. Beide huizen hebben hieronder geleden. Dit was meer een gevolg van het niet houden van de regels van G’d. De reinheidsvoorschriften aangaande wassen, e.d. geen goede riolering en het vuil wegbrengen uit de leefomgeving etc., die deels de oorzaak waren van epidemieën.
Dit kun je nu nog zien in verre heidense landen die zich ook niet aan deze regels houden omdat ze hierin niet onderwezen worden.

Juda is later verstrooid, dit nadat de tempel is verwoest en worden ze over heel het Romeinse rijk verdreven in de diaspora. Ze worden wel vervolgd en nooit met rust gelaten. Deut. 28:32; uw zonen en dochters zullen aan een ander volk worden overgeleverd, terwijl gij het met eigen ogen ziet, en de gehele dag naar hen smacht, zonder iets te kunnen doen.
De verdrijving uit landen, de pogroms en de holocaust zoals beschreven in de verzen 65 tot 67. 
De dienst der verzoening door offerande van dieren is hun afgenomen omdat Yeshua had betaald en dit overbodig was geworden. Ook zij moeten het offer van Yeshua aanvaarden. Maar ze hebben geen andere goden aanbeden, juist heeft de dienst aan de Ene G'd hen bij elkaar gehouden.

Wie zal ons terughalen? G’d zelf Hosea 14:2; Bekeer u, Israël, tot de Here, uw G’d, want door uw ongerechtigheid zijt gij gestruikeld.
vs 5; Ik zal hun afkerigheid genezen, Ik zal hen vrijwillig liefhebben, want mijn toorn keert zich van hen af.
vs 9; Efraïm, wat heb Ik nog met de afgoden te doen? (Ik verhoor hem en zie hem aan.) Ik ben als een altijd groene cypres, aan Mij is uw vrucht te danken.

Efraïm sluit een nieuw verbond. De besnijdenis is voor hen verdwenen, het hart moet besneden worden. Deut. 10:16 ; Rom 2:29. Deut. 30:6-7 zegt; En de Here, uw G’d, zal uw hart en het hart van uw nakroost besnijden, zodat gij de Here, uw G’d, liefhebt met geheel uw hart en met geheel uw ziel, opdat gij leeft. De Here, uw G’d, zal al deze vervloekingen op uw vijanden en uw haters leggen, die u vervolgd hebben.

Jes. 9:20; 20 En dit zal tot een teken en tot een getuigenis wezen voor de Here der heerscharen in het land Egypte. Wanneer zij tot de Here roepen vanwege verdrukkers, dan zal Hij hun een verlosser en een strijder zenden, die hen zal redden.

Van wie komt de verlossing? Van G’d zelf. Heel het boek Hosea getuigd tegen Efraïm als een volk dat ondergegaan is in het heidendom, de dochter Ohola zoals de Here Efraïm noemt in Ezech 23. zie Hosea 9:16-17.Mijn G'd zal hen verwerpen, omdat zij naar Hem niet geluisterd hebben; en zij zullen dolende zijn onder de volken. Aan de dood overgegeven. Maar daar komt verandering in zoals de Here belooft in het boek Hosea, hfst.14:5 Ik zal hen van hun afkerigheid genezen, Ik zal hen vrijwillig liefheben, want Mijn toorn keert zich af van hen.
Of neem Hosea 2:18-22, daarin zegt de Here dat Hij zich over Lo-Ruchama en Lo-Ammi zich zal ontfermen en tot een bruid verwerven.
De profeet Hosea heeft het in het gedeelte hfst. 5:14 tot 6:11, steeds over Juda en Efraïm.
Ook dat beiden na twee dagen zullen herleven en in de derde dag zullen leven. Samen zullen ze de Here dienen in die derde eeuw.
Dan komt de zegen; even overvloedig als de late regen wanneer de Here na 2 dagen tot zijn volk komt. En we samen één volk zijn.

Nog een laatste profetie over de samenvoeging van de twee volken. Hosea 1:9-11; “, Toen zeide hij: Noem hem Niet-mijn-volk; want gij zijt mijn volk niet, en ik zal niet met u zijn. Maar eens zullen de zonen Israëls talrijk zijn als het zand der zee, dat gemeten noch geteld kan worden, en in stede dat men tot hen zal zeggen: Gij zijt mijn volk niet -- zal men hen zonen van den levenden G’d noemen. De zonen van Juda en die van Israël zullen zich verenigen, een en dezelfden tot hun hoofdman aanstellen en uit het land optrekken; want groot is de dag van Jizreël.”, Lei.


Twee volken
De tien stammen


 

De 10 stammen

Waar zijn de 10 stammen?

 


Er wordt steeds naarstig gezocht naar de 10 stammen. Zeker nu de eindtijd is aangebroken en er nog steeds sprake is van twee volken. Enkele groepen maken hier aanspraak op, maar als we bezien naar het aantal weggevoerde mensen, dan mogen we toch aannemen dat we over miljoenen wellicht miljarden nakomelingen moeten spreken. Ontelbaar als het zand der zee.

Maar Hosea profeteerde; Efraïm vermengt zich onder de volken. Hosea 7:8.

Het wordt tijd om eens wat historische feiten te achterhalen.
Als de deportatie van de 10 stammen begint waren alle Levieten al naar Juda vertrokken, want Jerobeam de koning had de dienst aan de Here onmogelijk gemaakt.. 2Kron. 11:14. 1Kon.13:33. ook anderen trokken uit het noorden weg. Een latere opvolger van Jerobeam, “Omri” (1Kon. 16:21 e.v.) stelde de Tora buiten werking en verving die door eigen inzettingen. Micha 6:16. (lezen) Dit is de zonde tegen de Tora, genoemd in Lev. 26:14-16a.
Dit volk wordt door de Assyrische koning “Bit-Humria” genoemd. “Huis van Omri” Op een inscriptie van Tiglatpileser staat dan ook dat hij de steden van ... Gala’za en Abilakka die gelegen zijn op de grens van “Bit-Humria” ... het wijde land van Naftali in zijn geheel, bracht ik binnen de grenzen van Assyrië.
2 Kon.15:29 zegt dat het hele land van Naftali in ballingschap ging. Op de rots van Behistun in Iran staat verder de namen van de stammen van Israël die zijn weggevoerd. Dat kun je nog lezen als je de taal kent en alpinist bent.

In het Perzisch heten ze de Scythia of Saka, - in het Suzisch: land der Scythen,- en in het Babylonisch: het land der Cimmeriërs of de Cimiri. Ook spreekt de inscriptie van de Sacca-Sunae, zonen van Sak. Amos 7:16 spreekt ook over het Huis van Izaäk. Dat was dus een naam uit die tijd. Dat volken anders genoemd worden dan in de oorspronkelijke taal zien we overal, daar is geen bijzonderheid aan.

()

De eerste weg voering was in 734 v.o.j. en de laatste 722 v.o.j. Dit zijn belangrijke datums. Ik kom daar nog op terug.

Nu komt het een stuk dichterbij, want in het boek 4 Ezra en de schrijver Flavius Josephus, melden allebei dat de stammen niet zijn gebleven bij de zijrivier van de Eufraat de Chabor, (2Kon.17:6) maar dat ze door trokken naar het gebied ver achter de Eufraat rondom de Zwarte zee en dat ze zich vermenigvuldigden tot een menigte van volken. Lees nu Gen. 48:19; “Maar zijn vader weigerde dit en sprak: Ik weet het wel, mijn zoon, ik weet het wel. En ook hij (Manasse)zal tot een volk worden; ook hij zal groot zijn. Toch zal zijn jongere broeder groter zijn dan hij, en zijn nakroost zal een menigte natiën worden.” Leidse vert.

Hier zien we uit buiten bijbelse bronnen dat wat G’d belooft, dat doet Hij.

Wie zijn dan nu die volken?

Als we de geschiedenisboeken opslaan dan is er iets wat er uit springt. Alhoewel men aanneemt dat de barbaarse volken er al duizenden jaren zijn. Echter men kan archeologisch, het bestaan van de Scythen en de Kelten/Galliërs in deze streken niet eerder duiden dan ongeveer 700 v.o.j.

In een boek over de Kelten staat dan ook te lezen; citaat: Aan de Kaspische Zee was er mogelijk al sinds 1800 v. Chr. het derde ven de drie grote barbarenvolkeren opgekomen, waartoe de Grieken ook de Kelten en de Iberiërs rekenen: de Scythen. (Archeologisch tastbaar worden ze pas ca. 700 v. Chr.)

Men neemt aan dat deze volken er al eerder waren. Maar bewijzen heeft men niet. Als je nu weet dat in die tijd het 10 stammenrijk hier na toe is getrokken, weet je wel beter.
Nu kunnen we weer zien wat een bijzonder boek de bijbel is. Zonder een geschiedenisboek te zijn sluit het beter aan op de geschiedenisboeken dan die boeken zelf.
Het voorgaande geeft aan dat het de stammen zijn die hier toen aankwamen en zich vermengd hebben en/of de anderen verdreven hebben. Het volk dat hier toen leefde had niet veel bezittingen zo blijkt uit opgravingen. Dat klopt wel want na een deportatie heb je meestal niet veel bezittingen.

Men is het er over eens dat van hieruit de volken zich verder over Europa hebben verspreidt. De Cimiri met de Teutonen, als de Germaanse volken. De Kelten over heel Europa, met de Saksen naar het noorden en terug, enz. De oorsprong van de Franken? Men weet het niet. Aangenomen wordt dat het gewoon een naamsverandering is.
Later zijn de Kelten/Callicea ook weer terecht gekomen in Klein-Azië, vandaar de Galaten. Paulus wijst dan ook naar dat barbaren verleden in Gal. 5: 15 e.v.
Volksverhuizingen zorgen voor en verdere vermenging met andere volken. In Hosea 11:9-11 staat te lezen dat Efraïm uit het westen wordt geroepen.

Is het ons wel eens opgevallen dat de machtige rijken: Egypte, Asyrië, Babel, Perzen,Grieken en Romeinen, altijd in relatie staan tot de Israëlieten. Dat ook het grondgebied dat ze willen bezitten gebieden zijn waar Israël verblijft? We zien deze gebieden opschuiven naarmate Efraïm zich naar het westen verplaatst. De Grieken kunnen India niet veroveren. Alexander sterft. Westwaarts gaan dan de veroveringen, ook onder de Romeinen.
Alhoewel er grote culturen waren in het nabije oosten en het verre oosten; ze zijn van geen enkel belang voor de geschiedenis van het joden- of christendom. Het Jodendom en het Christendom verdwijnt zelfs uit deze landen in de marge.

Dr.Hertz, toenmalig hoofdrabbijn van het Britse rijk, heeft op 18 november 1918 deze brief geschreven aan Rev.Merton Smith:

Geachte Heer,
De opperrabbijn heeft mij verzocht, in antwoord op uw brief van 15 dezer, het volgende te verklaren:
1. Zij, die tegenwoordig als joden bekend staan, zijn nakomelingen van de stammen Juda en Benjamin, doch zij bevatten ook een zeker aantal nakomelingen van de stam Levi.
2. Voor zover bekend, is er geen enkele verdere vermenging met de andere stammen.
3. De Tien Stammen zijn opgegaan, is van (absorbed among) de natiën der wereld. (Zie 2 Koningen 2:17, meer in het bijzonder de verzen 22-23).
4. Wij zien uit naar de dag in de toekomst, waarop alle stammen verzameld zullen worden (zie Jesaja 27:11-12; en Ezechiël 37:15-19). Met hartelijke groeten van de opperrabbijn, verblijf ik, Hoogachtend,

Uw w. g. E. Drielsma secretaris.

De profetieën van de Bijbel zullen nooit goed vertolkt worden, zolang er geen onderscheid gemaakt wordt tussen het “Huis van Israël” (Tien Stammen) en het “Huis van Juda” (Twee Stammen).

Hoe kan het “Huis van Juda” naar het “Huis van Israël” gaan als het bestaande natie Israël de twaalf stammen moet vertegenwoordigen dit volgens Jeremia 3:18. Deze verzameling zal plaats vinden bij de terugkomst van de Heer, Hij zal de stammen tot één volk maken.
In de eindtijd zal worden getracht zowel de Christelijke, als de Joodse cultuur te vernietigen.

P.S. De beschrijving over de namen en deportatie kan men vinden in het boek Juda en Israël van Ds. J. den Admirant.


Beloften
Uitverkiezing


 

Is iedereen uitgekozen voor de gemeente?

 


Is iedereen van die volken dan ook uitverkoren om het lichaam van Yeshua te vormen en kind van G’d te zijn? Nee want zowel uit Juda als uit Efraïm zijn er die Yeshua niet aanvaarden en zelfs vijandig zijn. Israël is een volk dat in zijn geheel aan de voet van de berg Horeb stond, alle stammen. Niet alleen Juda; ook de ander stammen stonden daar en dan zegt de Here in Deut. 18:18: “dat Hij een profeet zal verwekken als Mozes en naar zijn woorden moeten we luisteren, wie niet luistert zal rekenschap worden gevraagd”.
Dit wordt gesproken alleen tot alle stammen van Israël, niet tegen andere volken, die nooit belooft hebben dat ze dit zouden gehoorzamen. Dit is heel cruciaal, deze woorden zijn nooit tegen de heidenen uitgesproken. Waarom en hoe die bondgenoten er dan toch bij komen? Wel door allerlei omstandigheden, (en G’d leidt dat) komen mensen in aanraking met het evangelie en aanvaarden Yeshua als hun Heiland. Maar op dat zelfde moment ben je een kind van G’d en toegevoegd tot het volk.

Rom. 9:24-29. “Welke Hij ook geroepen heeft, namelijk ons, niet alleen uit de Joden, maar ook uit de heidenen. Gelijk Hij ook in Hosea zegt: Ik zal hetgeen Mijn volk niet was, Mijn volk noemen, en die niet bemind was, Mijn beminde. En het zal zijn, in de plaats, waar tot hen gezegd was: Gijlieden zijt Mijn volk niet, aldaar zullen zij kinderen des levenden G’ds genaamd worden. En Jesaja roept over Israël: Al ware het getal der kinderen Israëls gelijk het zand der zee, zo zal het overblijfsel behouden worden. Want Hij voleindt een zaak en snijdt ze af in rechtvaardigheid; want de Heere zal een afgesneden zaak doen op de aarde. En gelijk Jesaja te voren gezegd heeft: Indien de Heere Sebaoth ons geen zaad had overgelaten, zo waren wij als Sodom geworden, en Gomorra gelijk gemaakt geweest”. StV.

Hier wordt een profetie uitgesproken over Efraïm in het boek Hosea wordt deze profetie toegepast op de heidenen. Als Paulus het heeft over de joden dan is dat Juda. Hier is een aanwijzing dat Efraïm verborgen is in de gemeente. Wij allen zijn Israël, samengevoegd tot een bouwwerk; een tempel voor de H. Geest. Dat is een vast gegeven.

De Romeinen-brief spreekt van een inenting op de stam: “en als gij Christus toebehoort, dan zijt gij Abrahams zaad (sperma staat er in het Griekse grondtekst) en volgens de belofte erfgenamen.” Galaten 3:29, Lei.vert.
“Gij nu, broeders zijt op de wijze van Izaäk kinderen der belofte.” Galaten 4:28, Lei.vert.
Yeshua is gezonden om te wijden de verloren schapen van Israël. “Mijn schapen luisteren naar mijn stem; ik ken ze, zij volgen mij.” Johannes 10:27, Lei.vert.
“Nog andere schapen heb ik, die niet uit deze kooi zijn. Ook die moet ik leiden; zij zullen mijn stem horen, en het zal zijn: Eén kudde één herder.” Johannes 10:16, Lei.vert.

Hier zegt de Heer dat hij de twee kuddes bij elkaar zal voegen, of twee volken tot één volk. De samenvoeging moet nog plaats vinden. Iedereen die het offer van Yeshua aanneemt tot vergeving van zonden is dus als Izaäk een kind van Israël, voor G’d zijn we kinderen van Israël evenals Rachab en Ruth, wij behoren bij de eerstgeborenen en mogen we ons eerstgeboorterecht niet als Esau verkopen.
Hebreeën 12:16,17, Lei.vert. “dat niemand een hoereerder zij, of een onheilige als Esau, die voor een enkel gerecht zijn eerstgeboorterecht prijs gaf. Want gij weet dat hij, toen hij later den zegen wilde beërven, afgewezen werd; hij vond geen gelegenheid tot berouw, hoewel hij den zegen onder tranen zocht.”
Dit is de weg waarop Efraïm weer G’ds volk kan worden.

Het O.T. spreekt van Juda, Efraïm en het gehele huis van Israël. Het gehele huis van Israël wordt na de verdrijving nog 9 maal genoemd. In Jer. 9:26; 13:11, Ez.5:4 ; 12:10 ; 37:10 en 16 ; 39:25 ; 45:6 en 17.
Efraïm wordt 139 maal genoemd in het O.T waarvan 52 maal in de profeten. dus na de verdrijving.
De naam Juda komt 762 maal voor en daarvan 280 maal in de profeten. Het huis van Juda wordt 25 maal in de profeten genoemd en het huis van Israël 14 maal. Er wordt dus een duidelijk onderscheidt gemaakt. Waarbij Juda vaak tegenover Israël staat. Jer. 5:11 ; 11:17 ; 13:11 b.v.

Het is dus Yeshua die de beide volken weer bij elkaar zal brengen. Zijn wij dan allemaal Israël, uit de beide volken samen gevoegd tot een bouwwerk, een tempel voor de H. Geest? Ja; want in Joh. 17 spreekt Yeshua over zijn taak die op aarde is volbracht en waaruit blijkt dat Hij slecht gekomen is, “in die tijd,” om mensen te verkrijgen die de Vader aan Yeshua heeft gegeven.
Johannes 17:6-11,Lei.vert. “Ik heb uw naam geopenbaard aan de mensen die Gij mij uit de wereld gegeven hebt. U behoorden zij toe, en mij hebt Gij ze gegeven, en zij hebben uw woord onderhouden. Nu hebben zij erkend dat al wat Gij mij gegeven hebt van U afkomstig is; want de woorden die Gij mij gegeven hebt heb ik hun gegeven; zij hebben ze aangenomen, in waarheid erkend dat ik van U ben uitgegaan en geloofd dat Gij mij gezonden hebt. Ik bid U voor hen; ik bid niet voor de wereld, maar voor hen die Gij mij gegeven hebt; want U behoren zij toe, en al het mijne is het uwe, het uwe het mijne, en ik ben in hen verheerlijkt. Ik ben niet meer in de wereld, maar zij zijn in de wereld en ik ga tot U. Heilige Vader, bewaar hen door de kracht van uw naam, dien Gij mij gegeven hebt; opdat zij één mogen zijn als wij”.

Wat betekend dit? Wel; niet alle mensen kunnen tot de Here komen!!! Alleen die de Vader heeft gegeven. Dat er dus onderscheidt in aanneming is, “uitverkiezing”. 
We zien het ook om ons heen. Sommige mensen keren zich gewoon af van wat ze horen. Uit de tijd van voor en kort na de Zondvloed weten we dat er al kinderen G’ds waren die leefden naar het geweten. Naar de wet die G’d de Vader in ieder mensenhart legt. Rom. 2:15.
Daar komen later de mensen bij de leefden naar de regels van G’d en vertrouwden op zijn beloften. Dit onderscheid in de verzameling en toelating tot het koninkrijk zien we ook als we b.v. de teksten uit de Openbaring lezen.
Openb. 5:9,10 “en zongen dit nieuwe lied: Waardig zijt gij het boek te nemen en zijn zeven zegelen te verbreken; want gij zijt geslacht en hebt met uw bloed voor G’d mensen gekocht uit alle stammen, talen, volken en natiën, en hebt hen ter ere van onzen G’d koningen en priesters gemaakt, en zij zullen op aarde heersen.” Lei.vert.

Dit is de gemeente die, voordat de zegels worden geopend, al zingt dat Yeshua de macht heeft om de zegels te verbreken. Uit alle stammen en talen en natiën komen er die met Hem koningen en priesters zulen zijn. De gemeente, en die heeft deel aan de opname en de eerste opstanding.

Uit de grote verdrukking zullen anderen komen. “Daarna zag ik toe, en zie, een schare zo talrijk dat niemand ze tellen kon, uit alle volken, stammen, natiën en talen, stond voor den troon G’ds en voor het Lam, bekleed met witte gewaden, palmtakken in de handen. Zij riepen met luide stem: Heil onzen G’d, die op den troon zit, en het Lam.” Openbaring 7:9,10, Lei.vert.

Openbaring 7:13; “En een der oudsten nam het woord en zeide tot mij: Die met witte gewaden beklede, wie zijn dat en van waar zijn zij gekomen?.
Ik zeide tot hem: Mijn heer, gij weet het. En hij zeide tot mij: Dat zijn diegenen die komen uit de grote verdrukking; zij hebben hun gewaden gewassen en ze wit gemaakt met het bloed des Lams.”
 Openbaring 7:13,14, Lei.vert.
Hier staat niet bij dat ze priesters en koningen zullen zijn. Op grond van hun keuze voor of tegen de antichrist zijn ze behouden. Ze komen uit de grote verdrukking. De tweede dood heeft geen macht over hen. Maar ook in de grote verdrukking zullen uit beide huizen dus geheel Israël 144 duizend worden verzegeld. Openb. 7:3-8.
De stam Dan ontbreekt hier en Efraïm is Jozef, 12 stammen geen 13 stammen meer. Vervolgens het oordeel voor de grote witte troon, volgens Openb. 20: 11-15, nadat de oude aarde en hemel er niet meer zijn geeft het de mensen (na de tweede opstanding), toegang tot de nieuwe hemel en aarde, op grond van hun werken. Niet uit genade, niet behorende tot de gemeente. Over gemeente en de mensen uit de verdrukking heeft de tweede dood geen macht.

Dit is een heikel punt.
Waarom? Omdat de leer als volgt is; ----- dat naar aanleiding van de boeken zal blijken dat al deze mensen terecht worden veroordeelt tot de vuurpoel. Niemand die Jezus niet heeft aangenomen kan door dit oordeel komen.

Echter er zijn ontelbare mensen die in het verleden nog nooit van Christus hebben gehoord. Die worden geoordeeld naar de wet in hun hart. Wij weten niet hoe dat gaat en laten we daar maar buiten blijven.
Verder in Openb. 22:14, staat, “Zalig wie hun kleren wassen om te kunnen beschikken over de levensbomen en door de poorten de stad binnen te gaan.” Openbaring 22:14, Lei.
Dit staat niet in de verleden tijd maar de tegenwoordige tijd. Is deze passage een vooruitblik of moeten we er iets anders in lezen?

Straks in het duizendjarig rijk als alle stammen bijeen zijn en Yeshua regeert. Ezech. 37 21-28. Dan is Yeshua koning op aarde over de hele aarde, ook over de heidenen die Hij zal hoeden met een ijzeren staf.
Nu is Hij de Hogepriester. In het duizendjarig rijk zal elke knie zich buigen. Dan zal Yeshua lijfelijk, zittende in Jeruzalem de grote Koning in Israël zijn.
Dat is ook wat de discipelen vragen:“Eens kwamen zij bij hem en vroegen hem: Heer, zult gij in dezen tijd het koninkrijk over Israël weer oprichten?” Handelingen 1:6, Lei.
In Lucas 24:21 zeggen de Emmaüsgangers; “en we dachten nog wel dat Hij het koningschap van Israël zou herstelle.n”

Maar de Vader weet de tijd waarop Yeshua terug zal komen op aarde om de Koning te worden. Hand. 1:7. Wij hebben vaak geen onderscheidt als we spreken over het volk Israël.
Maar de bijbel spreekt zelf van Juda, Efraïm en Israël. Juda en de Efraïm/gemeente uit de volken, zijn nog steeds in leer en leven van elkaar gescheiden, zelfs als er uit Juda mensen zijn die Yeshua als hun Messias hebben aangenomen, voegen wij ons niet tezamen. Al onze rituele, feesten, heilige dagen, enz. houden ons gescheiden. Dat is weliswaar veelal de schuld van de gemeente die alles heeft veranderd, maar toch.

Ook had de gemeente tot opdracht om Juda tot naijver te verwekken, (Rom 11:11) wanneer wij tot Yeshua waren gekomen en wij zijn daar niet in geslaagd, integendeel de naam van Yeshua wordt onder Juda met afschuw uitgesproken. Het woord Jesu betekend in het Hebreeuws, “die het niet is”. Het kruis is een zwaard geworden voor de joden. Beide huizen hebben niet aan de opdracht kunnen voldoen om de gerechtigheid op aarde te brengen. Er is geen enkele reden om trots te zijn.

Hij zal zijn tot een steen waaraan men zich stoot, een rotsblok waarover men struikelt, voor de beide huizen Israëls, tot een net en een valstrik voor Jeruzalems inwoners.” Jesaja 8:14, Lei. Hieruit blijkt dat de beide huizen niet in staat zijn om de opdracht uit te voeren die hun gegeven is. Het boek Jesaja gaat over Juda, maar de boeken Hosea en Ezechiël gaan heel veel over Efraïm en zijn bevrijding. Er zijn al heel veel beloften in vervulling gegaan wat we verderop willen zien.

Enige kernteksten zijn: Rom.9:24-29 Hosea 1:9-12 Hebreeën 8:8 Jes.:14 en 10:21,22

Wel wil ik met nadruk er op wijzen dat ik niet beweer dat de gemeente allemaal Efraïmieten zijn, maar dat de stammen verborgen zijn in de volken en uit de volken de gemeente is gebouwd. Dat er twee huizen zijn de Oudste en de Jongste broer.
Een belangrijke tekst waarop G’d zijn beloften tegenover deze stammen vervult is daarbij Jes. 49:6-7: “Het is te gering dat gij mij ten dienaar zoudt zijn om Jakobs stammen weder op te richten en Israëls gespaarden terug te brengen; ik zal u stellen tot een licht der natiën, opdat mijn heil reike tot het einde der aarde. Zo spreekt de Heer, Israëls losser, zijn Heilige, tot den diep verachte, den verafschuwde bij het volk, den slaaf der heerschers: Koningen zullen bij uw aanblik oprijzen, vorsten zich neerwerpen, ter wille van den Heer, die getrouw is, van Israëls Heilige, die u uitverkoren heeft.” Jesaja 49:6,7, Lei.vert.

Let eens op het bijbelgedeelte waarin de Vader Abraham zijn knecht Eliëzer erop uit stuurt om een bruid te verwerven voor zijn zoon Isaäk. Er staat in Genesis 24 dat de bruid nog tien dagen mocht blijven maar de bruid ging direct mee. De bruid kwam met de 10 (vers 10) kamelen vanuit het heidendom door de woestijn naar de zoon.
Hier is een opmerkelijke geschiedenis. De Vader stuurt een knecht om een bruid te verwerven voor zijn zoon uit het heidendom. De 10 kamelen staan voor de tien stammen die zijn afgedwaald in het heidendom. Door de wildernis van het ongeloof heen wordt deze bruid naar de Zoon gebracht door de Heilige Geest.

G’d heeft en gaat zijn beloftes vervullen.

Bij mij heeft een hele tijd de vraag geleefd, hoe moet ik mijn invoeging zien in het volk Israël als ik niet wil gaan staan in de plaats van het huidige Israël zoals wij dat kennen. Dit omdat de Here met hen een totaal andere weg gaat dan met ons. Maar er zijn meer vragen zoals: Waarom is de kerk in het Midden-Oosten ondergegaan in de Islam? Door afval? Zijn wij zo trouw? Waarom is de westerse kerk niet ondergegaan in het heidendom van de middeleeuwse R.K.kerk en niet ondergegaan in de Islamitische aanval op Europa? Zelfs kregen we een reformatie.

Waarom moest Paulus naar Europa en mocht hij niet in Azië blijven? Hand. 16:6-10. Dit laatste heeft te maken met de profetie van Noach. “Jafeth zal wonen in de tenten van Sem.” Maar ook heeft dat te maken met de belofte dat geheel Israël het evangelie moest horen, ook de Efraïmieten. Samen met de verspreiding van het goede nieuws onder de Semitische maar ook naar de Jafeth-volken.
Omdat onder die volken een groot deel van de 10 stammen was gaan wonen. Niet naar China niet naar Afrika, maar naar Europa.
Wat zegt Paulus in Hand 26:6,7 als hij terecht moet staan? Om mijn hoop op de belofte door G’d aan onze vaderen gedaan is; welke onze twaalf stammen, door voortdurend nacht en dag G’d te vereren, hopen te bereiken. Om deze hoop wordt ik aangeklaagd.
Petrus zegt in Hand. 2:36, dat het ganse huis Israëls moet weten dat G’d, “Yeshua”, tot de Messias heeft gemaakt. 
Zo gaat het evangelie over de hele wereld maar eerst naarEfraïm.
Dat was de eerste zendingsgolf. Slechts vele eeuwen later is het evangelie naar de andere werelddelen gegaan. In de tweede zendingsgolf door de gemeente/Efraïm en wat nu wordt afgemaakt in de derde zendingsgolf. Is in die richting van Europa het huis van Efraïm weggetrokken? Ja en dat is enigszins na te gaan als we alle gegevens naast elkaar leggen samen met de profetieën.


De 10 stammen
Wanneer


 

Wanneer.


Een volgende vraag is waarom duurt de terugkomst of samenvoeging van Efraïm zolang? 


Nu kom ik op een punt waarop ik een tijd-indicatie wil geven en u misschien zult afhaken maar toch wil ik het laten zien hoe dit er uit ziet. Wel in Ezech.4 staat dat het huis Israël 390 jaar straf krijgt en Juda 40 extra. Vers 4-6 En gij, ga op uw linkerzijde liggen en leg daarop de ongerechtigheid van het huis Israëls; naar het getal der dagen dat gij daarop liggen zult, zult gij hun ongerechtigheid dragen. En Ik leg u de jaren van hun ongerechtigheid op, naar het getal der dagen: driehonderd en negentig dagen. Zo zult gij de ongerechtigheid van het huis Israëls dragen. Als gij dit hebt volbracht, zult gij opnieuw gaan liggen, op uw rechterzijde; dan zult gij de ongerechtigheid dragen van het huis van Juda: veertig dagen; voor elk jaar leg Ik u een dag op.

Dit zijn geen symbolische getallen maar werkelijke straftijden. Wat is er gebeurd 390 jaar na de deportatie? De verwoesting van Jeruzalem maar dat heeft niets te doen met de tien stammen, dus moet er iets anders zijn. Nu staat er in Leviticus ; “dat het volk, dat niet wil luisteren 7 maal zal worden gestraft”. Lev. 26:18 e.v. 7 maal 390 jaar is 2730 jaar. Maar ook zegt G’d in Jer. 16:18 “dat hij de zonde dubbel zal vergelden”. De zonde van het niet houden van de Tora die zonde alleen door Efraïm (Jerobeam, Omri en daarna) was bedreven, dat is dus een dubbele tijd van 780 jaar.

Tellen we dit laatste vanaf de tijd van hun verdrijving, dan komen we aan de tijd dat de Evangelie naar de volken gaat. In deze periode gaat Paulus er op uit om aan de heidenen het goede nieuws te brengen. Het goede nieuws gaat ook naar Efraïm. Die periode is dus ten einde. Efraïm waar de profeet Hosea had gezegd: “Maar Ik ben de Heer uw G’d van het land Egypte af; een G’d nevens mij kent gij niet en een verlosser buiten mij is er niet”. Hosea 13:4. In de laatste verzen van hfst. 13 van het boek Hosea vraagt G’d of Hij Efraïm zal bevrijden van het dodenrijk.
Eerst niet maar in hfst. 14 dan wil G’d Efraïm genezen, zodat de apostel Paulus kan schrijven in de 1e Cor. brief 15:55. “Dood waar is uw overwinning? Dood waar is uw prikkel? De overwinning is in de verlosser”.

Is de tijd van Efraïm voorbij? Voor de hele periode van 7 maal 390 is 2730 jaar, in deze hele tijd is een niet-volk, (Lo-Ammi ) geworden tot G’ds volk (Ammi.) Wanneer ging Efraïm in ballingschap als vazalstaat van Assur? Dat gebeurde in 734 voor onze jaartelling en in 721 werd het vernietigd. Als we van 2730 jaar 734 of 721 jaar aftrekken, dan komen we op 1997 of 2009. De tijd is voorbij, nu moet Efraïm weer bij Juda komen. De tijd dat de profetie uit Ezech. 34 in vervulling gaat, blijft niet lang meer uit. Tussen deze twee tijdstippen ligt het einde van Efraïms straf. Hiermee geef ik geen indicatie aan wanneer de Here terug komt. Alleen maar wanneer deze tijd voorbij is.
()

Ook zijn al onze berekeningen onvolkomen en Hij is bij machte uit te stellen of te versnellen maar wel willen we daarmee aangeven dat er een eind komt aan de straf van Efraïm en dat we echt in het laatst der dagen zijn aangekomen. Er is echter nog meer aan de hand. Na de hemelvaart was daar het huis van Juda met de tempel, priesters en de offers en later ook het rabbinale jodendom met de wet, de feesten en de traditie. Daarnaast de gemeente met de eredienst en het leven in de genade. Dit duurde zo’n 1900 jaar. In die tijd ontdekken joden Yeshua als de Messias, en die het ontdekken leggen hun joodse traditie af en gaan op in het christendom. Dat zijn er zoveel dat een rabbijn onlangs klaagde dat het volk Israël zo klein was omdat er te veel joden waren geassimileerd. Dat de tijd van de twee huizen ten eind loopt zien we aan de toevoeging vandaag de dag van aan de honderdduizenden over de wereld die komen uit het huis van Juda.

Na de jaren "70 komen er joden die Yeshua aannemen; maar niet hun joods identiteit afleggen. Ze willen de Tora en de feesten van Israël blijven volgen samen met het nieuwe geloof in Yeshua. Messias belijdende joden. Verder komen er ook onder de christenen steeds meer mensen tot de overtuiging dat de Tora en de feesten wel degelijk waarde hebben voor de christen en die tot de overtuiging komen dat we een deel van Israël zijn. Niet van Juda maar van Efraïm en zo bestaan de beide huizen voor het aangezicht van G’d. En degene die dat alles weer samen zal brengen is onze Hogepriester en Koning “Yeshua”.

Als Yeshua komt dan is er een groot welkom. Gezegend Hij die komt in de Naam van onze Vader. Vijanden zullen Hem niet verwelkomen, alleen diegene die Hem lief hebben. Niet meer katholiek, gereformeerd, baptist of de charismatische mensen, al die verdeeldheid, dat alles is weg, maar alleen zij die Hem hebben aangenomen als Heer en Verlosser, zullen daar zijn.
En Jes. zegt dan nog in hfst. 56:3; “En de buitenlander die zich bij den Heer heeft aangesloten zegge niet: Onverbiddelijk zal de Heer mij van zijn volk afscheiden--noch zegge de ontmande: Zie,ik ben slechts een verdorde boom” , (Lei.) En Hosea zegt in het naschrift. “Wie wijs is geeft op deze dingen acht; wie verstandig is erkenne ze. Want de wegen des heren zijn recht: rechtvaardigen wandelen daarop, maar overtreders struikelen er”.(NBG)

Het plan van G’d en zijn beloften zijn groots, groter dan de mens kan bevatten en ook de liefde en laten we niet te snel klaar staan met het dreigen van straf en hel maar veel meer de grote liefde van G’d voor de mensheid laten zien en dat Hij alles wil doen om ons in het Vaderhuis binnen te laten. Geprezen zij de Heer die eeuwig leeft. Als het Hemelse Jeruzalem nederdaalt dan zijn daar 12 poorten met elke poort de naam van een stam ze zijn niet verdwenen alleen verborgen en komen weer tevoorschijn.

Twee huizen (Jes. 8:14; Jer. 31:31-33; Hebr. 8:8-10)
Twee naties (Ezech. 35:10)
Twee zusters (Ezech. 23:2-4)
Twee houten (Ezech. 37:15-28)
Twee lampen (Openb. 11:3-4)
Twee cherubims (Ex. 25:18-20)
Twee getuigen (Openb. 11:3-4)
Twee olijfbomen (Zach. 4:11-14; Jer. 11:10, 16-17; 2:18,21; Rom. 11; Openb. 11:4)
Twee bazuinen (Num. 10:2-3)



Uitverkiezing